Technisch en esthetisch onderhoud

In dit onderdeel worden zowel ‘Technisch onderhoud’ als ‘Esthetisch onderhoud’ als beschreven in de VMRG Kwaliteitseisen en adviezen in beknopte vorm behandeld. Bij het laatste is de verdeling gemaakt tussen ‘Reiniging’ en ‘Beschermend en conserverend onderhoud’ (soms kort genoemd ‘bescherming’). Dit is gedaan omdat beide wezenlijk verschillen waar het gaat om passende en geoorloofde producten, technieken en specialisten. De onderhoudsspecialist is de VMRG gevelbouwer of een aangewezen servicepartner die het VMRG Keurmerk voert.

Technisch onderhoud houdt in dat materialen en hun werking regelmatig dienen te worden gecontroleerd op hun prestaties. Aan slijtage onderhevige delen, zoals te openen ramen, deuren, mechanische aandrijvingen en dergelijke, moeten, om een langdurige optimale werking te waarborgen, periodiek worden gecontroleerd en onderhouden met inachtneming van toepassing en gebruik.

Esthetisch onderhoud, ofwel reiniging, bewassing en bescherming zijn altijd projectgebonden en dienen altijd in relatie tot de locatie, de vormgeving, het materiaal, de situering (weerszijde), de omgeving, de actuele esthetische status etc. ten opzichte van het origineel te worden beoordeeld en behandeld.

Zonder een adequate reiniging zal de gevel op termijn niet meer de uitstraling hebben, zoals deze werd opgeleverd. Schade, esthetische degradatie en diepe vervuiling geven een gevoelsverlies van de kwaliteit. Tevens kan degradatie van de esthetische waarde gevolg hebben voor de technische waarde.

Gebouwbeheer

In dit hoofdstuk Gebouwbeheer wordt ingegaan op de beheer aspecten van VMRG gevelelementen. Er worden richtlijnen gegeven voor het uitvoeren van inspecties, het inrichten van een werkplan en het opstellen en de inhoud van een logboek voor de gevel.

De eigenaar en/of gebouwbeheerder dient periodieke inspecties uit te voeren ten aanzien van de constructieve aspecten van de gevel conform de methodiek die beschreven staat in NEN 2767-1. Als indicatie voor de urgentie en frequentie van de uitvoering van deze periodieke controles kan de informatie uit de onderhouds- en inspectiematrix aangehouden worden.

De opdrachtgever/gebouweigenaar is verantwoordelijk voor het correct uitvoeren van onderhoud aan de gevels, vanaf het moment van (deel)oplevering. En tevens verplicht om een logboek op te stellen en bij te houden waarin minimaal wordt vermeld: frequentie, product, techniek (de wijze van uitvoering), uitvoeringsomstandigheden en autorisatie.

Indien het logboek niet aanwezig is of niet is ingevuld volgt in ieder geval een 0-beurt. Een 0-beurt betekent dat de staat van de gevels zoveel als mogelijk wordt teruggebracht naar de 0-situatie, ofwel achterstallige onderhoud wordt weggewerkt.

De inspecteur stelt van ieder materiaal, elk element en iedere detaillering vast wat de eventuele gebreken zijn, de omvang daarvan en de intensiteit en legt deze vast in een inspectierapport waarin tevens een advies wordt uitgebracht.

Enkele punten die minimaal in het technisch en esthetisch onderhoudsplan staan:

  • De werkwijze/werkmethode;
  • Alle materiaalgegevens van de gevelelementen;
  • De onderhoudsfrequenties;
  • Alle technische details (tekeningen van het object);
  • Foto’s van het object;

Wat er wordt vastgelegd bij een onderhoudsbeurt (de opmerkingen en constateringen).

Technisch onderhoud

Naast het reinigen en bewassen van gevelelementen zijn er vaak ook bewegende delen in de gevels. Zoals voor alle bewegende delen geldt ook hier dat er bovenmatige slijtage zal optreden indien er geen vakkundig periodiek onderhoud wordt gepleegd. Daarom dient onderhoud preventief te worden uitgevoerd. Indien er geen onderhoud wordt gepleegd en er wordt gewacht tot er schade optreedt, zullen de kosten die dan ontstaan vaak een veelvoud zijn in vergelijking met de kosten voor preventief onderhoud.

De VMRG gevelbouwer voert technisch onderhoud en controles zelf uit of werkt samen met een door hem aan te wijzen onderhoudsbedrijf of een door hem goed te keuren onderhoudsbedrijf.

Hang- en sluitwerk

Hang- en sluitwerk dient op hun werking te worden gecontroleerd en waar nodig gesmeerd te worden, dit dient tenminste 1x per jaar te gebeuren.

Kit

Door de werking van de gevel als gevolg van temperatuurverschillen alsmede de invloed van UV-straling wordt een kitvoeg voortdurend belast. Ter voorkoming van lekkageklachten is het noodzakelijk de kitvoegen regelmatig te inspecteren en waar nodig te herstellen, doch tenminste 1x per twee jaar.

In geval van SSG (Structural Sealant Glazing of wel structurele kitvoegen) geldt aanvullend: minimaal 1x per jaar controleren op blijvende hechting van de SSG verlijming. In geval van condens tussen de twee ruiten van isolatieglas dient deze isolatieruit onmiddellijk te worden vervangen.

Glas en beglazingsrubbers

Ondanks een goede werking van beglazingsrubbers wordt in de constructie rekening gehouden met enige watertoetreding in de sponning. De randverbinding van isolatieglas mag niet langdurig worden belast met water. Om te voorkomen dat te veel water en vuil in de sponning kan dringen, is periodieke controle van de beglazingsrubbers nodig. Hierbij moet vooral gelet worden op een goede aansluiting van de rubbers in de hoeken. Waterafvoergaten in de sponning zorgen ervoor, dat binnengedrongen water naar buiten wordt afgevoerd en de sponning wordt belucht. Een periodieke controle op de goede werking (niet verstopt zijn) van de waterafvoergaten is noodzakelijk. Voor controle van zowel de beglazingsrubbers als de waterafvoergaten kan, afhankelijk van ligging en oriëntatie, een frequentie worden aangehouden van 1 tot 3 jaar.

Ventilatieroosters/suskasten

In gevelconstructies toegepaste ventilatieroosters/suskasten dienen algemeen overeenkomstig de onderhoud voorschriften van de fabrikant te worden onderhouden. De bediening dient goed te functioneren en zo nodig te worden onderhouden. Daarnaast zal de doorlaat speciale aandacht behoeven om deze vrij te houden/te maken van belemmeringen. Eveneens dient gecontroleerd te worden of de afdichting op aansluitingen correct is. De onderhoudsfrequentie is minimaal 1x per jaar.

Buiten- en binnenzonwering en doekzonwering (screens)

Onderhoudsvoorschriften:

  • Om disfunctioneren voor te zijn en tijdig problemen te onderkennen, moet tenminste 1x per jaar de zonwering geïnspecteerd worden op functioneren, beschadigingen, etc.
  • Door doekrek is het mogelijk dat onderlatten en voorlijsten niet meer de oorspronkelijk ingestelde eindpositie bereiken. Tijdens het onderhoud kan dit nagesteld worden.
  • De PVC zijgeleiders, waarin de ritsen van stormvaste doeken lopen, dienen minimaal 1x per jaar gesmeerd te worden. Kunststof glijbussen kunnen na een schoonmaakbeurt (verwijder takjes en bladeren) gesmeerd worden met een droogsmeermiddel.
  • Het wordt ontraden de mechanische onderdelen van de zonwering extra te smeren, aangezien hierdoor vuil makkelijker wordt aangetrokken en zich vastzet.

Mocht het doek nat worden, mag het scherm gerust opgerold worden om nadien, bij beter weer, het scherm terug af te rollen om te laten drogen. Voorkom echter dat het doek meer dan drie dagen nat opgerold is om schimmelvorming en vlekken te voorkomen.

Elektrische installaties

Voor het uitvoeren van onderhoud aan producten die elektrisch bediend worden zoals bijvoorbeeld tourniquets, automatische deuren en automatische ramen en deuren is het verplicht om dit door gecertificeerde monteurs te laten doen.

De EN 16005 schrijft voor dat er periodiek onderhoud moet worden uitgevoerd op automatische deuren, op zijn minst 1 maal per jaar. Dit onderhoud moet worden uitgevoerd door een daartoe bevoegd servicebedrijf en dient schriftelijk gedocumenteerd te worden. Als de norm niet wordt nageleefd, en er een veiligheidsprobleem optreedt dat aantoonbaar te wijten is aan nalatigheid, bent u mogelijk aansprakelijk.

Esthetisch onderhoud

De VMRG gevelelementen kunnen onderhevig zijn aan diverse vormen van verwering. De vormen van verwering kunnen optreden in alle facetten van het bouwproces en in de exploitatiefase. Een en ander kan resulteren in cementsluier, corrosie, verkleuring en degradatie van glansgraad, hardheid en laagdikte, verlies van transparantie, etc. Hierop dient een adequate en correcte preventieve en tijdelijke bescherming te worden aangebracht, of dient direct te worden gereageerd om dit te verwijderen.

Corrosie van ferro- en non-ferro metalen wordt veroorzaakt door onder andere:

  • Metaaldeeltjes
  • Chloriden (zouten)
  • Vervuiling
  • Etc.

Indien metaaldeeltjes uit de lucht neerkomen op een metalen oppervlak ontstaat onder invloed van vocht corrosie, omdat de metalen met elkaar reageren. Het minst edele metaal wordt hierbij aangetast. Corrosie treedt vaak op in de nabijheid van industriegebieden en railverkeer. Bij de kust zijn het de hoge zout- en chloridengehaltes die kunnen leiden tot corrosie. Daarnaast kan corrosie optreden door inwerking van vuil op een metalen oppervlak. Met de juiste maatregelen volgens de VMRG Kwaliteitseisen hoofdstuk Onderhoud kunnen vormen van schade, degradatie en vervuiling tot een minimum worden beperkt.

Definities

Als er wordt gesproken over esthetisch onderhoud zijn er drie belangrijke begrippen te onderscheiden die als basis dienen voor de uitvoering.

1. Bewassen
Bewassen is het verwijderen van licht loszittend en niet aangehecht vuil aan de gevel.

Bij het wassen van glas moeten de omliggende geveldelen worden meegewassen.

2. Reinigen
Reinigen is het verwijderen van licht tot matig aangehechte verontreiniging.

Voor het reinigen altijd eerst bewassing toepassen. Dan het geveldeel nat afnemen, daarna met een geschikt product de geveldelen reinigen met een borstel/pad. Na de reiniging de geveldelen afspoelen met schoon water en laten drogen.

3. Conserveren
Conserveren is het aanbrengen van een reversibele bescherming/conservering.

Voor het conserveren altijd van te voren bewassen en reinigen. Bij de juiste temperatuur het oppervlak behandelen/beschermen met een conserveringsmiddel dat ook weer te verwijderen is.

Reiniging

De reiniging heeft tot doel het beperken van esthetische degradatie op langere termijn en voorkomen van technische vervolgschades. Enkel door correct en periodiek te reinigen zal de levensduur van VMRG gevelelementen minimaal negatief beïnvloed worden door factoren zoals vuil en vocht, zon, ligging, inwerking van zuren, zouten en andere agressieve stoffen.

In de praktijk dient er een referentieproef geplaatst te worden met het geselecteerde reinigingsmiddel. Het reinigen van gecoat en geanodiseerd aluminium, metalen, composiet en RVS onderdelen dient te geschieden met een mild, niet agressief reinigingsmiddel. Gebruik daarom geen zure, alkalische/basische of sterk schurende reinigingsproducten. Vermijd te allen tijde het gebruik van etsende, blekende, corrosieve of schurende reinigingsproducten. Tevens dienen residuen op ondergrond en omliggende ondergronden verwijderd te worden, zodat toegepast product niet doorwerkt of inwerkt op niet gewenste locaties. 

Bij het gebruik van producten dient men rekening te houden met omgevingstemperatuur, oppervlaktetemperatuur en producttemperatuur. Als voorbeeld: in de zomer kunnen, afhankelijk van opstelling en kleur oppervlaktetemperaturen makkelijk oplopen tot 70 à 80°C. Dit vraagt om een andere reiniging dan bij lagere temperaturen. Reinigingsproducten en -technieken kunnen in uitvoering gevolgschade, zoals krassen en vlekken aan het oppervlak opleveren bij hoge oppervlaktetemperaturen of producttemperatuur. Bij oppervlaktetemperaturen boven de 45°C wordt afgeraden om te reinigen.

De uitvoering dient altijd te worden aangepast aan passende weersomstandigheden. Ook te lage temperaturen kan een beperking zijn. Het naar beneden weglopen van geconcentreerde (reinigingen)producten naar aangrenzende of onderliggende gevelmaterialen kan ook gevolgschade veroorzaken.

Reinigingsfrequentie

Als eis voor de absolute minimum reinigingsfrequentie voor gevels is onderstaande eis opgesteld:Tabel: Absolute minimum reinigingsfrequentie voor het geveloppervlak

Indicatie absolute minimum reinigingsfrequentie voor het geveloppervlak
Vlakke beregende gevelsGeprofileerde en niet- beregende gevels
Agressieve omgevingNormale belastingAgressieve omgevingNormale belasting
2x per jaar1x per jaar3x per jaar2x per jaar

Beschermend en conserverend onderhoud

Het doel van beschermend en conserverend onderhoud is om de esthetische waarde van het origineel zo lang mogelijk te behouden en de door UV-belasting ontstane schade en degradatie te verminderen.

Preventief onderhoud valt onder reiniging. Beschermend en conserverend onderhoud is het aanvullen voor het behoud van de esthetische waarde en het verlengen van de technische levensduur door betere bescherming tegen vervuiling en technische schades als corrosie. Geadviseerd wordt om beschermend en conserverend onderhoud uit te voeren. Voor beschermend en conserverend onderhoud wordt ook aanbevolen dit bij te houden in het logboek.

Materialen
Ieder materiaal heeft specifieke en karakteristieke eigenschappen. Er dient rekening gehouden te worden met het feit, dat bescherming en conserverend onderhoud van het ene materiaal geen negatieve invloed mag hebben op een ander aangrenzend materiaal. De samenstelling van materialen van de gevel bepaalt de frequentie, de methode en de te gebruiken producten van beschermend en conserverend onderhoud.

Het conserveren van gecoat en geanodiseerd metaal en composieten geveldelen dient gedurende de garantieperiode te geschieden gebruikmakend van een nat wax systeem met een beperkte levensduur of een reversibel zelfopofferend, niet filmvormend conserveringsmiddel. Daarom geen coatings, vernisachtige of blanke verfsystemen gebruiken. Waarbij  er voor uitvoering van de werkzaamheden uitdrukkelijk vastgesteld dient te worden dat dit conserveringsproduct geen etsende, blekende of schurende eigenschappen bezit.

Voor het uitvoeren van object specifieke, niet reguliere conserveringshandelingen, zoals bijvoorbeeld na bouwverontreiniging, lijmresten, graffiti, insectenfecaliën etc. dient vooraf ter goedkeuring een volledig plan van aanpak aan de gevelleverancier voorgelegd te worden.

Frequentie beschermend en conserverend onderhoud

Het geadviseerde minimum voor beschermend en conserverend onderhoud door middel van reversibele wasachtige producten is 1x per 2 jaar. Voor natwax systemen is de geadviseerde cyclus 2x per jaar, eventueel gelijktijdig uit te voeren met de reguliere reinigingsbeurten. In specifieke gevallen is een hogere frequentie noodzakelijk. Dit is afhankelijk van het toegepaste conserveringsproduct, omgevingsfactoren en gebouw specifieke factoren (bijvoorbeeld detaillering) ter plaatse.

Per type conservering kan na een inventarisatie van het project en de omgevingsfactoren een conserveringsfrequentie afgegeven worden met een voorbehoud voor de object specifieke belasting. Bij luchthavens of aan de kust biedt een zelfde conservering minder lang bescherming dan op een andere willekeurige plek in Nederland.

Ook kan het voorkomen dat door eerder ondeskundig handelen in reiniging en conserverend onderhoud (verkeerd gebruik van conserverende producten of verkeerde applicatietechnieken) de esthetische waarde van de gevelelementen al is aangetast. In zulke gevallen dienen corrigerende  maatregelen genomen te worden.